De samenwerking is op drie niveaus georganiseerd.
Op het eerste niveau bevindt zich het Bestuurlijk Platform POVO. Hierin zijn alle betrokken besturen met maximaal één persoon vertegenwoordigd. Het bestuurlijk platform komt ten minste twee keer per jaar bij elkaar en heeft als taken: het aansturen van de projectgroep POVO, het bespreken van adviezen die zijn voorbereid door de werkgroepen (en overgenomen door de projectgroep), en het bespreken van gevraagde en ongevraagde adviezen van de projectgroep.
Op het tweede niveau bevindt zich de projectgroep POVO. Ook hier zijn alle besturen door één persoon vertegenwoordigd, maar dan op schooldirectieniveau. De projectgroep komt vier à vijf keer per jaar bij elkaar en heeft als taken: het formuleren van de projectplannen voor de werkgroepen, het aansturen van de werkgroepen, het voorbereiden van werkgroepadviezen aan het bestuurlijk platform, en het geven van gevraagd en ongevraagd advies aan het bestuurlijk platform.
Op het derde niveau bevinden zich de werkgroepen (maximaal drie tegelijkertijd). Hierin werken drie leerkrachten uit het basisonderwijs en vier personen uit het voortgezet onderwijs samen aan door de projectgroep geformuleerde projectplannen op het gebied van de onderwijsinhoudelijke aansluiting tussen po en vo. Op dit moment zijn er twee werkgroepen: de werkgroep Engels en de werkgroep 8+/hoogbegaafdheid. De werkgroepen formuleren een advies aan de projectgroep. Dit advies moet haalbaar zijn en een meerwaarde hebben voor zowel het po als het vo. Het bestuurlijk platform beslist uiteindelijk over de implementatie van de adviezen.
De bovenstaande afspraken zijn vastgelegd in een structuurovereenkomst die elk schooljaar wordt geëvalueerd.
De samenwerking binnen het POVO-overleg richt zich op twee thema’s: de realisatie van doorlopende leerlijnen (onderwijsinhoudelijke aansluiting) en een warme overdracht. De realisatie van doorlopende leerlijnen vindt plaats langs de lijn van de werkgroepen en de adviezen die zij formuleren. De warme overdracht wordt geborgd middels het (door de projectgroep georganiseerde) tafeltjesoverleg. Het tafeltjesoverleg is een vast onderdeel van de aanmeldingsprocedure waarbij de basisschoolleerkrachten (op twee woensdagmiddagen) samenkomen met de toekomstige brugklasmentoren om de bij het vo aangemelde leerlingen te bespreken.
Naast het tafeltjesoverleg organiseert de projectgroep jaarlijks (op een middag en avond) een informatiebijeenkomst voor leraren en schoolleiders. Deze bijeenkomsten gaan vaak over een thema dat onderwerp is (geweest) van een werkgroep, maar kunnen ook gaan over de manier waarop boscholen verwijzen of de overdracht van informatie van po naar vo.
Binnen het netwerk van het POVO-overleg kunnen scholen ook aanvullende activiteiten ontplooien om de overgang van po naar vo te versoepelen. De vo-locatiedirecteur die wij hebben geïnterviewd (van de Bonifatius mavo) gaf in dit kader aan jaarlijks alle basisscholen in de regio te bezoeken. Hij spreekt dan met de leerkracht(en) van groep 8 en soms ook met de directeur. Op deze manier blijft de basisschool op de hoogte van het welzijn en de vorderingen van haar oud-leerlingen en krijgt de vo-school informatie over toekomstige leerlingen.